Deel IV: De vervolging van Falun Gong

01-04-2006 Wat is Falun Gong?

Eervol en Heldhaftigheid op het Plein van de Hemelse Vrede

Tijdens de vervolging heeft het Tiananmen Plein in Peking altijd in het centrum van de aandacht gestaan. Honderdduizenden Falun Gong beoefenaars van overal uit China en de hele wereld zijn naar dit grote plein gekomen om hun petitie in te dienen, spandoeken te ontrollen die de onschuld van Falun Gong verklaren, de Falun Gong oefeningen te demonstreren, of om eenvoudig te verkondigen: "Falun Gong is goed!" Voor deze eenvoudige en vreedzame meningsuitingen hebben zij enorm geleden. Bijna iedereen werd geslagen door politie of ingehuurde misdadigers, die niet geremd werden door de aanwezigheid van duizenden toeristen op het plein; sommigen werden bewusteloos geslagen, terwijl anderen ter plekke dood geslagen werden; kinderen en  bejaarden werden hard aangepakt; zwangere vrouwen werden in de buik getrapt. De aanvallen waren meestal zo gewelddadig en gemeen dat de slachtoffers in minder dan een minuut het zwijgen werd opgelegd. Ondanks de risico's, bleven de beoefenaars voor dit korte moment komen en komen. Dit was onbegrijpelijk voor buitenlandse journalisten: Zou het de moeite kunnen lonen? Waar ging het allemaal over?

Op 29 september 1999 demonstreerden beoefenaars de Falun Gong oefening op het Tiananmen Plein als een vreedzaam beroep op het algemene publiek. Politieagenten haastten zich om beoefenaars in het politiebusje te dwingen.

Voor Chinezen is het Tiananmen Plein, het plein van de “Hemelse Vrede”, heilig. De moderne geschiedenis van China wordt geacht begonnen te zijn met een door studenten geleide patriottische demonstratie op het Tiananmen Plein in 1919. Enkele andere demonstraties met historische inslag, inclusief de demonstraties van 1976 en 1989 voor meer democratie, vonden ook plaats op dit plein. Het Tiananmen Plein wordt daarom beschouwd als een heilige plaats voor patriottisme, offers en laatste toevluchtsoord om te appelleren aan het publieke geweten..

De plotselinge opkomst van terreur wierp het leven van Falun Gong beoefenaars in een vrije val, maar kon hun eigen overtuiging en verplichting om goede mensen te zijn niet wegnemen. Na de eerste schok en het vertrouwen dat de regering de vervolging zou stoppen, indien zij het misverstand onder de ambtenaren over Falun Gong zouden wegruimen, begonnen beoefenaars van over heel China naar het Staatsklachtenbureau samen te komen om hun petities in te leveren, om uit te leggen hoe Falun Gong heilzaam is en enkel positieve bijdragen aan de maatschappij kan leveren. De goedaardige beoefenaars ontdekten spoedig dat het Staatsklachtenbureau in een gevangenis was veranderd: het uithangbord van "het Staatsklachtenbureau" werd naar beneden gehaald en degene die naar de richting vroegen werden opgepakt en in de wachtende politiebusjes gestopt om vervolgens naar gevangenissen geëscorteerd te worden, zonder een kans om hun petitie voor te leggen.

Een politieagent grijpt de ontrolde spandoek van een beoefenaar, terwijl andere Falun Gong beoefenaars in de buurt hun spandoeken ontrollen.

Toen er meer en meer beoefenaars kwamen, brachten de autoriteiten een verbod uit op het naar het Staatsklachtenbureau komen om te appelleren voor Falun Gong, en gaven gemeenteraden opdracht om het verbod te handhaven. Dit bevel was in strijd met de grondwet en een schokkende stap terug in de richting van de Culturele Revolutie. Het Staatsklachtenbureau werd na de Culturele Revolutie opgericht als een manier om zaken te helpen oplossen, die "boze opzet, bedrog en onrechtvaardig" waren en als loket voor de klachten van de onrechtmatig behandelden. Er waren letterlijk miljoenen zulke gevallen in die tijd en bureaus op verschillende niveaus probeerden de gevallen te onderdrukken en te ontsnappen aan hun verantwoordelijkheid. In antwoord op het protest van de hele maatschappij werd het Staatsklachtenbureau gevestigd om klachten rechtstreeks van de slachtoffers te vernemen, waardoor vele lagen van hindernissen omzeild konden worden. Bekend als “het oor van de hemel” door de Chinese burgers, speelde dit mechanisme een hoofdrol in het tot rust brengen van de onvrede die de Culturele Revolutie veroorzaakt had, en dus werd het recht om te klagen bij het Staatsklachtenbureau in de grondwet van China vastgelegd. Het brutale afschaffen van dit grondwettelijke recht en het brute mishandelen van beoefenaars die door de autoriteiten van verschillende niveaus gepakt werden terwijl ze naar Peking reisden, gaf een onmiskenbaar signaal aan de beoefenaars dat de regering helemaal niet geïnteresseerd was in wat zij te zeggen hadden. De beoefenaars werd geen andere keus gelaten, dan naar het laatste overgebleven toevluchtsoord te gaan om te appelleren aan het publieke geweten - en waar meer symbolisch dan op het Plein van de Hemelse Vrede?

De eerste bekende demonstratie door Falun Gong beoefenaars was op 29 september 1999. De avond ervoor verzamelde een groep van beoefenaars uit verschillende delen van China zich in de Tsinghua Universiteit, nam rustig foto’s, schreef op wat zij doen gingen, e-mailden hun plannen naar mensen buiten China die zij kenden en de volgende ochtend, gingen zij!

Op het plein kozen zij ervoor om de tweede set van Falun Gong oefening te tonen. Dit was vermoedelijk de langste demonstratie die beoefenaars hebben kunnen opvoeren; volgens een deelnemer scheen tijd op dat moment stil te staan. Volledig onvoorbereid had de politie een tijdje nodig om te reageren; en totaal onvoorbereid hoe ze moesten handelen, toonde de politie hun ware gezicht: ze trapten, sloegen, vochten en ze takelden alle vreedzame beoefenaars toe. Wij hebben geen volledige namenlijst van deze beoefenaars en wij weten hun huidige verblijfplaats ook niet. Hun heldhaftigheid op dat eervolle moment is voorgoed in de geschiedenis geprent.

De openbare demonstraties op het Tiananmen Plein waren rampzalig voor Jiang Zemin. Van augustus tot oktober 1999 reisde Jiang herhaaldelijk in het buitenland. Onder de andere dingen op zijn agenda, probeerde hij de wereldmening te beïnvloeden met zijn versie van "het behandelen van de Falun Gong kwestie" en probeerde de ondersteuning van andere regeringen voor zijn vervolging af te dwingen door het weggeven van zakelijke belangen en grond. Met een gevoel van zekerheid, en in tegenstelling tot zijn latere instelling “bemoeien met interne politiek”, deelde hij persoonlijk boekjes uit die Falun Gong belasterden, aan leiders van andere regeringen en bood zelfs interviews aan om over het onderwerp Falun Gong te praten bij de internationale media, waardoor dus internationaal aandacht aan de Falun Gong kwestie werd gegeven en hij zijn bekwaamheid om met crisis om te gaan kon tonen.

De ononderbroken demonstraties door Falun Gong beoefenaars ontkrachtte niet alleen Jiang’s claim dat hij 98% van "het Falun Gong probleem" opgelost had, maar ontmaskerde ook zijn sprookje van "opvoeding en affectie" in het "oplossen" van het "probleem". Mensen, inclusief internationale reporters, begonnen zich erover te verwonderen: indien de politie zo gewelddadig kan zijn op klaarlichte dag, wat zullen zij dan wel niet doen achter de gesloten deuren van gevangenissen, huizen van bewaring en arbeidskampen?

De offers van de beoefenaars waren enorm. Niet alleen werden ze op het Plein onmenselijk behandeld, maar werden zij die er van verdacht werden de "neiging" te kunnen hebben om naar Peking te reizen, door plaatselijke overheden bijeengedreven en werden ze gedwongen om de zogenaamde "dubbele belofte" te ondertekenen: de belofte om afstand te doen van Falun Gong en de belofte om niet voor Falun Gong te appelleren. Degenen die weigerden te gehoorzamen werden gefolterd, sommige zelfs tot de dood toe.

Twee politieagenten trappen en slepen een beoefenaar die op Tiananmen Plein demonstreert, terwijl een in burger geklede officier de gele banier van de beoefenaar afpakt.

Hoe dan ook, Falun Gong beoefenaars gingen door met het opvoeren van petitie na petitie op het Tiananmen Plein. In oktober beval een woedende Jiang de Chinese nationale legislatuur om een wet aan te nemen om een hardere aanpak van de vervolging te legaliseren. De Washington Post schreef in een artikel op 2 november 1999, dat "Toen de communistische leiders van China merkten dat ze geen wet hadden om met volle kracht een vreedzame meditatie groep te vervolgen, gaf de Partij eenvoudig opdracht een paar nieuwe wetten aan te nemen. Nu zullen deze toegepast worden – met terugwerkende kracht natuurlijk... In vergelijking met deze leiders was Stalin nog een zeer gematigde en menselijke dictator".

Tegelijkertijd beval Jiang alle bestuursniveaus om beoefenaars tegen te houden die naar het Tiananmen Plein gingen en ambtenaren die verzuimden om dit te doen zouden gedegradeerd worden. Veel geld en mankracht werd ingezet om controleposten aan luchthavens, trein- en busstations, openbare snelwegen op te zetten en zelfs om hotels te controleren om Falun Gong beoefenaars te onderscheppen. Om bij de controleposten voorbij te gaan moesten reizigers op Falun Gong vloeken of spuwen of stappen op Falun Gong boeken en iedereen die dit weigerde, zou opgepakt worden.

Om verder de mogelijkheden van beoefenaars in te perken om naar Peking te reizen, beval Jiang "vernietig hun reputatie, ruïneer ze financieel en vernietig ze fysiek". De wreedheid van dit bevel werd versterkt door de hebzucht van de plaatselijke ambtenaren, die de gelegenheid misbruikten om de huizen van beoefenaars te plunderen, persoonlijke eigendommen en zaken af te pakken en grote hoeveelheden losgeld van de families van de gearresteerden af te persen. De onderdrukking door plaatselijke tirannen had vaak het resultaat dat beoefenaars gedwongen werden om naar Peking te gaan, omdat zij niet veilig thuis konden blijven en ze lieten niets anders achter dan verdriet en ellende..

Politiemensen in burger grijpen Falun Gong beoefenaars tijdens hun vreedzame demonstratie op het Tiananmen Plein.

Zonder geld, zonder hulp, en zonder kaart en kompas begonnen vele beoefenaars hun tocht lopend of fietsend naar Peking. Bergen beklimmend en wildernis doorkruisend, onder bomen slapend, bedelend voor voedsel en controleposten vermijdend gingen ze naar Peking - stap voor stap en een voor een. Onderweg werden zij onderschept door wrede politieagenten, door verkeerd ingelichte plaatselijke bewoners en door patrouilleteams die gerekruteerd waren om op hen op te jagen. Maar zij werden ook geholpen door goedaardige mensen, door degenen die bereid waren om naar hun kant van het verhaal te luisteren, en door degenen die in hun ogen keken en geen bitterheid maar vrede zagen. Na hun paar tellen op Tiananmen Plein, weigerden zij hun namen en adressen aan de ondervragende politie te geven, anders zouden ze terug geëscorteerd worden en zou het maanden duren voordat zij weer een kans kregen opnieuw naar Peking te gaan.

Het is belangrijk om op te merken dat deze demonstraties allen spontaan gebeurden. Door zijn vroegere tirannieke ervaring dacht de Chinese regering dat het de Falun Gong "organisatie" zou kunnen verlammen door al zijn belangrijke "leiders" te arresteren. Wat de regering nooit zou kunnen begrijpen is dat Falun Gong geen echte organisatie heeft. Hoewel beoefenaars elkaar zouden kunnen kennen, zijn hun beslissingen en hun acties volledig vanuit hun eigen hart, hun eigen initiatieven en hun eigen besluit om de waarheid te spreken.

Folter en Moord

Al meer dan vijftig jaar lang houdt het Chinese communistische regime zich bezig met het vernietigen van de wil van mensen en verpletteren van groepen die niet aan de communistische ideologie voldoen door terreur en misleiding; dit is bij de vroegere vervolgingen nooit mislukt. De voortdurende demonstraties door Falun Gong beoefenaars op het Tiananmen Plein en het eisen van het recht op het beoefenen van Falun Gong door vele miljoenen door de hele natie heen, maakte duidelijk dat Falun Gong beoefenaars niet aan de vervolging zouden toegeven. Jiang, beschaamd en woedend, liet via “Bureau 6-10” weten dat "Geen maatregel te buitensporig is tegen Falun Gong," en gaf bevel tot het gebruik van extreme foltering. Toen de vervolging de vreedzame weerstand van beoefenaars bleef ontmoeten, werd de persoonlijke kruistocht van Jiang een persoonlijke vendetta.

Door informatie die sinds 20 juli 1999 door de strakke controle van de Chinese regering gelekt is, weten wij dat miljoenen mensen hebben geleden onder willekeurige opsluiting, bijna allemaal onder onmenselijke omstandigheden; honderdduizenden, inclusief zwangere vrouwen, bejaarden en jonge kinderen, zijn in arbeidskampen gezet; duizenden zijn vastgezet en gruwelijk gefolterd met zenuwbeschadigende medicijnen in zwakzinnigeninrichtingen. Duizenden zijn in gevangenschap gestorven, terwijl ontelbare anderen nog steeds verdwenen zijn. De omvang en ernst van de gruwelijkheden is moeilijk te vatten.

Twee politieagenten van het Longshan Arbeidskamp hebben met drie elektrische staven zeven uur lang het gezicht van Mw. Gao Rongrong bewerkt. Deze foto van het verbrande gezicht van Mw. Gao werd tien dagen later genomen.

De ergste wreedheden zijn gewoonlijk die van genocide. Genocide moorden worden gedaan om een nationale, etnische, raciale of religieuze groep totaal te elimineren met als gevolg een groot aantal doden.

De vervolging van Falun Gong door Jiang Zemin en zijn "Bureau 6-10" gebruikt een ander soort, zelfs ergere vorm van moorden: het doden van de geest van mensen. Zijn doel is niet om een groot aantal mensen lichamelijk te vermoorden, ofschoon ze daar ook geen probleem mee zouden hebben. Het doel is een slachtoffer te dwingen om te kiezen tussen een lichamelijke dood en een mentale dood – het opgeven van zijn wil, zijn fundamentele waarden en zijn geweten.

Folteren tot op het randje van de dood is daarom een noodzakelijk bestanddeel van deze wijze van doden. De Chinese politie heeft openlijk Falun Gong beoefenaars verteld: "Wij zullen jullie laten bedelen voor je leven terwijl je ligt te sterven en bidden voor de dood terwijl je leeft!" De enige uitweg? Te liegen en te zeggen dat Falun Gong de maatschappij kwaad heeft gedaan, te zeggen dat Waarheid–Mededogen–Verdraagzaamheid slecht is, en de regering te bedanken dat ze hen gered heeft van Falun Gong. Vertel leugens om te overleven, of vertel de waarheid en sterf.

Tengevolge van de informatieblokkade van de Chinese regering, weten wij niet hoeveel beoefenaars in gevangenschap doodgefolterd zijn. Van de rapporten, die meer dan 1300 in de handen van de politie gestorven beoefenaars beschrijven, krijgen we een bijna onvoorstelbare indruk van tragedie: sommigen stierven doordat de ledematen van hun lichamen langzaam uit elkaar getrokken werden; anderen stierven na dat ze maandenlang opgesloten waren in "waterkooien" en ondergedompeld in smerig water; weer anderen stierven aan het onophoudelijke toedienen van schokken met elektrische staven op of in hun geslachtsdelen; sommigen vroren dood; anderen werden levend verbrand. En extreme gevallen: een zuigeling van acht maanden werd samen met zijn moeder dood gefolterd, een 75-jarige oma werd vermoord en een gehandicapte man met een bochel werd gedood toen de politie met veel geweld zijn rug recht maakte.

Mw. Wang Xia was slechts vel over been als resultaat van de meedogenloze foltering. Ten tijde van deze afbeelding woog zij slechts 45 pond en verloor steeds haar bewustzijn.

Naast uitwendige verwondingen veroorzaakte de politie ook inwendig letsel door gruwelijke dwangvoeding. Deze foltering door dwangvoeding zijn helemaal niet bedoeld om te voeden, maar om ondraaglijke inwendige pijn te veroorzaken. Politieagenten, bewakers of veroordeelden die opdracht krijgen om dit te doen, zullen een plastic buis in de neus van het slachtoffer inbrengen en deze naar beneden de maag induwen; soms gaat de buis de verkeerde richting in en belandt in de longen. De buis wordt herhaaldelijk uitgetrokken en opnieuw ingeduwd en veroorzaakt daardoor inwendige bloedingen. Kokend water, urine, ontlasting, tabasco saus, geconcentreerde azijn, mosterd en andere irriterende vloeistoffen worden dan door de buis gegoten. Deze folterwijze is doodsoorzaak nummer één bij veel Falun Gong beoefenaars.

Het massale vermoorden van Falun Gong beoefenaars door de Chinese autoriteiten is door vele journalisten en mensenrechtenorganisaties gerapporteerd. Bijvoorbeeld in een bericht uit het “Wall Street Journal” van 26 december 2000, schreef dhr. Ian Johnson (die de Pulitzer Prijs voor International Reporting won voor zijn serie van rapporten over de vervolging van Falun Gong):

"WEIFANG, China – Opbloeiend uit het Noord Chinese continent... dit is een doodnormale Chinese stad in elk opzicht, behalve één: de plaatselijke politie foltert regelmatig haar inwoners tot de dood. Sinds het begin van het jaar toen de politie een 58-jarige gepensioneerde doodde, zijn minstens 10 andere inwoners van Weifang in gevangenschap gestorven. Weifang, met minder dan 1% van de nationale bevolking, is echter verantwoordelijk voor 15% van zijn doden."

Sinds het rapport van Dhr. Johnson zijn minstens eenentwintig verdere Falun Gong beoefenaars door de politie in Weifang vermoord.

Het is belangrijk op te merken, dat het moorden tijdens Jiangs' vervolging van Falun Gong er op gericht was om de geest en het geweten van de slachtoffers te slopen, maar dat had ook de morele ondergang van de beulen tot gevolg. Bedrogen door de haatpropaganda, gestuurd door regeringsinstructies, aangemoedigd door beloften van straffeloosheid, en verleid met financiële beloningen, ging de politie door met folteren en doden volledig verstoken van enige menselijkheid, sommigen schreeuwden zelfs openlijk tegen Falun Gong beoefenaars, "Wij zijn kleine gereïncarneerde duivels uit de hel en wij zullen jullie ook de hel in slaan ".

Het is inderdaad vermoorden van het geweten.

De "transformatie"

Hoe weerzinwekkend de foltering en de moorden ook zijn, het meest kwaadaardige aspect van de vervolging van Falun Gong door de Chinese regering is de zogenaamde "transformatie" - het hersenspoelen van beoefenaars waardoor zij, tegen hun eigen wensen in, in het openbaar afstand doen van Falun Gong en het ook nog veroordelen. Voor de kwaadaardigheid van "transformatie" zijn geen woorden. Voor slachtoffers van de vervolging zijn de pijnlijkste herinneringen onmiskenbaar de herinneringen aan het "getransformeerd worden".

Dhr. Zhao Ming

Dhr. Zhao Ming, die tweeëntwintig maanden gefolterd werd in zes verschillende strafcentra en in een werkkamp, schreef, "Na meer dan een half uur lang elektroshocks ondergaan te hebben, kwam een gedachte op in mijn geest, 'Dat is het. Ik wil het niet meer dragen. Ik kan hun misdaden onthullen nadat ik ontkom. Vanwege deze gedachte gaf ik toe… Vele medebeoefenaars vroegen mij wat ik het ergste vond tijdens mijn verblijf in het werkkamp. Dit is het… De wonden van de lichamelijke foltering kunnen met de tijd vanzelf genezen, maar de geestelijke pijn van deze vervolging kan een persoon zijn hele leven achtervolgen".

Dankzij internationale druk werd Zhao Ming bevrijd en mocht hij zijn studie aan de Trinity Universiteit in Ierland af maken. Hij vertelde, "ik stapte uit het werkkamp zonder enig geluk, hoop of steun, omdat mijn geest vermoord was".

Een andere Falun Gong beoefenaar schreef over de ervaring die haar achtervolgde: "Op 10 oktober 2000 had ik mijn limiet van het verdragen van de foltering bereikt en moest de belofte doen "nooit meer Falun Gong te beoefenen". De pijn is niet te beschrijven. Op dat moment voelde ik dat mijn hele leven, alle essenties van mijn bestaan - alles -- van mij was verdwenen. Het enige wat overgebleven was, was een lege schaal. Ik mompelde onophoudelijk: "Ik ben getransformeerd, ben ik getransformeerd, ik ben…". Twee jaren zijn voorbijgegaan, maar ik ben nog steeds niet volledig weg uit de schaduw en schande van gedwongen te worden mijn geloof te verraden en mijn eigen principes op te geven. Uit mijn eigen persoonlijke ervaring kan ik zeggen dat zij die gedwongen zijn "te transformeren" gefolterd zijn voorbij de grens van wat een mens kan verdragen".

Het "transformatie" proces belichaamt de gehele onheilspellende natuur van de vervolging van Falun Gong door de Chinese regering. Om Falun Gong beoefenaars te dwingen toe te geven, spaart de politie geen bedrog of dwang. Zij dwingen de families van beoefenaars om hen te smeken toe te geven en "naar huis te komen"; zij folteren beoefenaars in het bijzijn van anderen tot die anderen toegeven; zij vragen beoefenaars zelfs dat zij "mee moeten voelen" met het "harde werk" van de politieagenten. Om de vastberadenheid van een beoefenaar te verzwakken zal de ene politieagent barbaarse slagen toedienen en de andere meevoelend handelen. Zodra de "gevoelige" benadering faalt, aarzelt de politie niet om opnieuw te folteren. Zij gebruiken zelfs zenuw-beschadigende medicijnen om beoefenaars te onderwerpen en drukken dan hun vingerafdrukken op voorbereide "afzweringsbrieven".

Veel "getransformeerde" beoefenaars moesten de verdere vernedering ondergaan dat ze gedwongen werden om hun "afzweringsbrieven" voor te lezen bij hersenspoelingklassen of in openbare radio uitzendingen of televisie programma's. Om te tonen dat zij "oprecht" in hun "transformatie" waren, werden sommige beoefenaars gedwongen de politie te assisteren in het overtuigen van hun medebeoefenaars om ook "te transformeren": om hun eigen ervaringen "van het gered worden" te gebruiken om andere beoefenaars te overtuigen, om op anderen te schelden, zoals er ook op hun gescholden was, en om op anderen het foltertuig te gebruiken waar zij zelf aan onderworpen geweest waren. Op deze manier toonde zij in de praktijk dat ze volledig gebroken hadden met Waarheid - Mededogen - Verdraagzaamheid.

Men kan alleen maar gissen hoe schuldig, beschaamd en zelfverachtend de "getransformeerde" beoefenaars zich zullen voelen. Wat hen op het eind helpt om weer te herstellen, is Falun Gong. De ervaring van dhr. Chen Gang is typisch: "Toen ik de wanhoop nabij was, was het opnieuw Falun Gong die mij weer op de been hielp. Hoezeer ik me ook voelde als een beschadigde eenzame boot die uit in de storm komt, voelde ik dat er nog steeds een pure en harmonische ruimte in mijn hart was, de perfecte harmonie en sereniteit die ik had ervaren, en het pure land van Waarheid - Mededogen - Verdraagzaamheid… Geleidelijk vond ik mijn zelfvertrouwen en mijn richting en kreeg mijn sereniteit en mededogen terug".

Dwang kan iemands hart niet veranderen. Sinds de vervolging begon hebben tienduizenden Falun Gong beoefenaars "officiële verklaringen" gepubliceerd op de Clearwisdom website, een site gecreëerd door overzeese Falun Gong beoefenaars. Deze officiële verklaringen zijn de (openlijke) verklaringen van beoefenaars dat wat zij dan ook onder dwang en misleiding gezegd of gedaan hebben tegen Falun Gong, waardeloos en niet geldig is, en dat zij vastberaden verder Falun Gong zullen beoefenen.

Een geënsceneerde Zelfverbranding en de Misleiding van de Wereldopinie

Een van vele afbeeldingen die het Chinese Centrale Televisiestation na zijn eerste publicatie moest uitleggen. Een politieagent met een brandblusserdeken in een hand staat kalm naast een "zelfverbrander", alsof hij voor een camera poseert. De plastic fles staat, onberoerd door de hitte, op de benen van de "zelfverbrander". CCTV legde later uit dat de 7-UP fles er later geplaatst werd om de verpakking van de benzine te laten zien die gebruikt werd in de "zelfverbranding". Bemerk ook de plekken sneeuw waarop de “zelfverbrander” zit. Waarom de sneeuw niet gesmolten is werd nooit uitgelegd.

Tegelijkertijd met de gewelddadige vervolging lanceerde het regime van Jiang ook een campagne van vergaande valse informatie om zijn vervolging te rechtvaardigen en om aan een veroordeling door de rest van de wereld te ontkomen. Staatsmedia overstroomden kranten, radio en televisie met verzinsels over dhr. Li Hongzhi en Falun Gong. Zoals met alle leugens maakte de propaganda een puinhoop van de details. Zo verzon de Chinese regering de claim dat door het beoefenen van Falun Gong 1.400 mensen stierven of krankzinnig werden. Dit aantal, als het al correct zou zijn in vergelijking met 100 miljoen beoefenaars zou dat op een factor uitkomen, die vele duizenden malen lager ligt dan het nationale gemiddelde. In een ander voorbeeld beweerde de Chinese regering dat dhr. Li Hongzhi zijn geboortedatum had vervalst. Verder produceerde ze een ziekenhuis-document om te bewijzen dat zijn moeder voor zijn geboorte in 1952 met oxytocine werd behandeld. Oxytocine werd echter pas ontdekt in 1953.

In het begin van 2001 deden de autoriteiten een poging tot een afschuwelijke stunt: een opgevoerde "zelfverbranding" van vijf mensen op het Tiananmen Plein. Niet minder sluw dan de schuldverschuiving door Nero voor de Grote Brand in Rome naar de Christenen. De staatsmedia beweerden dat de zelfverbranders Falun Gong beoefenaars waren en spoorde aan tot haat in de maatschappij tegen Falun Gong. Deze opgevoerde zelfverbranding is echter geanalyseerd door neutrale verslaggevers en door zorgvuldige waarnemers van dezelfde videoband die door de Chinese regering gepubliceerd werd:

  • Een onderzoek gepubliceerd door de Washington Post berichtte dat niemand mw. Liu Chunling, een van de "zelfverbranders", ooit Falun Gong had zien oefenen.
  • De politie was die dag mysterieus het Tiananmen Plein aan het patrouilleren met vele brandblusuitrustingen.
  • Liu Siying, het 12-jarige "zelfverbrandings" meisje, zou een tracheotomie te hebben gehad, maar ze sprak en zong duidelijk naar de interviewende videocamera, een medische onmogelijkheid.
  • Mw. Hao Huijun, een andere "zelfverbrander," zou afgestudeerd zijn aan het Henan Muziek Conservatorium in 1974. De eigen website van die universiteit laat zien dat de universiteit tussen 1962 en 1984 geen studenten had.
  • Dhr. Wang Jindong werd getoond als zeer zwaar verbrand; iemands haar verbrandt en plastic smelt bijzonder snel; nochtans was het haar van dhr. Jindong en de plastic 7-UP fles, die hij gebruikt had om benzine uit te gieten, miraculeus gaaf gebleven.

Deze gaten spoorde Internationale Opvoedingsontwikkeling, een VN NGO, aan om de volgende verklaring uit te brengen tijdens de 2001 sessie van de VN ondercommissie op de Bevordering en de Bescherming van Mensenrechten: "Het regime wijst naar een verondersteld zelfverbrandingincident op het Tiananmen Plein op 23 januari 2001, als bewijs dat Falun Gong een 'kwade cultus' is. Wij beschikken echter over een video van dat incident die naar onze mening bewijst dat deze gebeurtenis door de regering in scene gezet werd". (Voor een analyse van het CCTV filmmateriaal over het opvoerde zelfverbrandingincident kunt u deze link bekijken.)

De wereldwijde aantasting van het Geweten door de Chinese Regering

Naast misleiding heeft de Chinese regering ook herhaaldelijk gedreigd met economische sancties tegen landen, staten, steden en bedrijven die het durven om de vervolging van Falun Gong te bekritiseren. Dit creëert een angst, een angst van het buitengesloten worden voor economische groei, een angst voor het aanspreken van het geweten. Met deze tactiek heeft de Chinese regering enkele belangrijke Westelijke nieuwsmedia aangezet om zelfcensuur toe te passen in hun berichtgeving over de mensenrechten schendingen in China, dwong steden in een aantal landen om hun morele steun voor de slachtoffers te herroepen en dwong zelfs sommige democratische regeringen om de stemmen van Falun Gong beoefenaars te onderdrukken. In Frankrijk, Duitsland, IJsland, Rusland, Oekraïne, Thailand en enkele andere landen zijn er gevallen geweest waar de plaatselijke politiemacht onder druk werd gezet om willekeurig en onrechtmatig Falun Gong beoefenaars in hechtenis te nemen, die slechts hun rechten op een vreedzame demonstratie uitoefenden.

Op gewelddadige wijze arresteerde de politie van Hong Kong beoefenaars die vreedzaam buiten het China Verbindingskantoor in Hong Kong demonstreerden op 14 maart 2002.

De Chinese bureaus laten het echter niet bij chantage. Canadees Parlementslid Rob Anders had het volgende te zeggen na lichamelijk door Chinese diplomaten in februari 2000 aangevallen te zijn:

"Ik droeg een T-SHIRT (met tekst over Falun Gong) op een bijeenkomst die werd gehouden door de ambassade van de Volksrepubliek, in dit gebouw \[het Parlement]. Ik stond achter in de kamer. Plotseling stonden er vier of vijf mannen om me heen, die me lastig begonnen te vallen, op me wezen, en tegen me aan begonnen te duwen en zeiden dat ik weg moest gaan, dat ik hier niet welkom was. Ga naar huis cowboy, u weet niet wat u doet… Het was me onmiddellijk duidelijk dat de vier of vijf mensen een bende vormde in opdracht van de Volksrepubliek van China en dachten dat zij dit ongestraft tegen mij als een Parlementslid, op Canadese grond, in mijn werkplaats, in het Lagerhuis konden doen - kunt u zich dan voorstellen wat zij mensen thuis in hun eigen land aandoen? Dit was absoluut te gek voor woorden! En toen een mediareporter met zijn camera kwam, probeerden zij zijn camera af te pakken, en probeerden deze op de grond te drukken, zij vertelden hem dat hij weg moest gaan… Zij gaven bevelen aan leden van de vrije pers hier in Canada. … Het was absoluut ongehoord. En dit toont waar Falun Dafa mee te maken heeft. ... Wij zijn op een heel kritisch moment aangekomen. Indien wij nu geen positie innemen zal de geschiedenis naar ons terug kijken en alleen maar diep zuchten".

Gelijksoortige incidenten van intimidatie en aanranding zijn er ook geweest in de Verenigde Staten, IJsland, Duitsland, Australië, Rusland, Roemenië, Thailand, Cambodja, Hong Kong en vele andere landen. Eenvoudig gezegd, het Chinese regime heeft zijn vervolging geëxporteerd naar de rest van de wereld als een wereldwijde campagne van kwaad tegen het geweten.

Poging tot moord op Falun Gong Beoefenaars in Zuid-Afrika

Op 28 juni 2004 rond 8:30 reden vijf Falun Gong beoefenaars van de Internationale Luchthaven van Johannesburg naar Pretoria, de hoofdstad van Zuid-Afrika, toen een witte auto van achter kwam en het vuur opende met een AK-47 geweer. De beoefenaars probeerden hun snelheid te veranderen om de aanval te ontwijken, maar de moordenaars reden even hard en gingen door met schieten. De auto en bestuurder van de beoefenaars werd geraakt en werd van de weg gedrukt; de verwonde bestuurder was in staat om de auto in een veld te stoppen. De gewapende mannen stopten, keken eventoe en vluchtten toen weg.

Bovenste afbeelding: de voeten van dhr. David Liang na de schietpartij in Afrika.
Onderste afbeelding: Dhr. Liang, in een rolstoel, vertelt zijn verhaal tijdens een persconferentie in Sydney, Australië.

Deze schietpartij was zeker geen eenvoudige poging tot moord. De slachtoffers behoorden tot de groep van negen Falun Gong beoefenaars uit Australië die daar waren om een rechtzaak in te dienen - om de Vice-president van China, Zeng Qinghong en de Minister van Handel, Bo Xilai, die Zuid-Afrika van 27 juni tot 29 juni bezochten - aan te klagen voor foltering, genocide en misdaden tegen de mensheid. Al voor zij Australië verlieten had een van hen twee dreigtelefoontjes gekregen. Toen zij op de Internationale Luchthaven van Johannesburg aankwamen merkten zij dat een verdacht uitziende man hen observeerde en volgde. Bovendien droeg dhr. David Liang, de bestuurder waarop gevuurd werd, een Falun Gong jas. De Zuid-Afrikaanse politie merkte op dat het gebied waar de schietpartij plaats vond geen hoog-risico gebied was. Het was duidelijk dat de gewapende mannen de beoefenaars niet wilden beroven. Deze factoren richten allemaal op een politiek motief voor deze schietpartij.

Een haastige verklaring op 30 juni door de Chinese ambassade in Zuid-Afrika vergrootte alleen maar de verdenking. Als de vertegenwoordiger van Chinese burgers in Zuid-Afrika, toonde de ambassade geen sympathie voor dhr. Liang, die schotwonden had in beide voeten en botbreuken in de rechter voet. De ambassade beweerde dat het incident een Falun Gong samenzwering was en waarschuwde de internationale media om geen "onverantwoordelijk rapport over het incident" te maken.

Deze schietpartij was verre van een geïsoleerde aanval op Falun Gong beoefenaars. Om de inspanning van overzeese Falun Gong beoefenaars die de gewelddadigheid in China willen openbaren, te onderdrukken, hebben agenten van de Chinese regering toevlucht tot geweld en misdaden genomen om Falun Gong beoefenaars te intimideren. Alleen al in de VS zijn er meerdere incidenten van lichamelijke aanvallen tegen Falun Gong beoefenaars geweest door Chinezen met nauwe banden met het Chinese consulaten in Atlanta, San Francisco, Chicago en New York City. In antwoord op deze onbeschaamde overtredingen van burgerrechten nam het Amerikaanse Huis van Afgevaardigden op 4 oktober 2004 eenstemmig een resolutie aan (House Concurrent Resolution 304), die China oproept onmiddellijk te stoppen met het vervolgen van Falun Gong in en buiten China.

De Strijd tussen de Waarheid en Leugens

Op 5 maart 2002 rond 20:00 toonden acht kanalen van het plaatselijke kabel TV in de stad Changchun gelijktijdig documentaires die de verspreiding van Falun Gong rond de wereld tonen, de gewelddadige vervolging van de Chinese regering tegen Falun Gong en de opgevoerde zelfverbranding op het Tiananmen Plein. De uitzending duurde meer dan vijftig minuten. De schokgolf verspreidde vlug en ver voorbij Changchun; de volgende dag al, begonnen mensen in andere gebieden naar elkaar te fluisteren: "De zelfverbranding is een bedrog!"

Dhr. Liu Chengjun werd op 32-jarige leeftijd dood gefolterd voor het inbreken in het kabeltelevisie systeem van het Chinese regime om een programma uit te zenden dat de waarheid over de vervolging van Falun Gong openbaard.

De uitzending was de allereerste vertoning van afwijkende berichten over een vervolgde groep in de staatsgecontroleerde media in de hele geschiedenis van communistisch China. Deze grootmoedige daad is niet alleen nog een demonstratie van de moed van Falun Gong beoefenaars, maar geeft ook hun intense begrip aan van de natuur van de vervolging en hun mededogen naar het algemene publiek, dat gecontroleerd wordt door de leugens van het regime van Jiang.

In het begin van de vervolging geloofden de Falun Gong beoefenaars dat de vervolging het resultaat was van het leiderschap dat verkeerd ingelicht was en misleid was door enkelen die de Falun Gong haatten. Daarom kwamen zij in grote aantallen naar Peking of schreven aan de regering om voor hun zaak te pleiten. Tegelijkertijd verdroegen zij vreedzaam de mishandeling door de politie en vertelden hen kalm "Ook al begrijpen jullie ons niet, wij haten jullie er niet om," en "Indien ons lijden jullie haat voor Falun Gong kan verminderen heb ik het er voor over". Hun verdraagzaamheid heeft zelfs de meeste hardgevochten politieagent geraakt.

Omdat er zo vele Falun Gong beoefenaars zijn en omdat zij zo zelfgedisciplineerd en zo vreedzaam zijn, was het moeilijk voor hun buren, collega's, families en vrienden zich tegen hen te keren. Het geënsceneerde zelfverbranding incident echter bedroog de natie. Zoals bericht door een artikel in de Washington Post op 5 augustus 2001, "De zelfverbranding van vijf zogenaamde \[beoefenaars] op het Tiananmen Plein op 23 januari was een keerpunt. Een 12-jarige meisje en haar moeder stierven en de partij maakte het incident het hoofdpunt van zijn campagne om Falun Gong in opspraak te brengen. Door herhaaldelijk beelden uit te zenden van het verbrandende lichaam van het meisje en interviews met de anderen te tonen die zeiden dat zij geloofden dat zelfverbranding hen naar het paradijs zou leiden, overtuigde de regering veel Chinezen dat de Falun Gong een gevaarlijke sekte' was."

Een Falun Gong spandoek opgehangen aan een antennemast in een klein dorpje in het noordoosten van China. Het kostte een 62-jarige vrouw tweeënhalf uur klimmen in de kou om het spandoek aan de mast te hangen.

Vele verkeerd ingelichte mensen begonnen de regering in hun vervolging te helpen of namen zelfs rechtstreeks deel aan de mishandelingen. Politieagenten waren zelfs noch meer getroffen. Gevuld door de haatpropaganda, intensiveerden sommigen hun foltering en doden van Falun Gong beoefenaars en beweerden, "Wij zullen je doden en zullen je lichaam in brand zetten, als zelfverbranding"!

Zonder twijfel zijn dit gruwelijke misdaden en ligt het voor de hand die te beantwoorden met haat. Voor Falun Gong beoefenaars zijn hun aanvallers echter ook slachtoffers van de vervolging door de Chinese regering en hen zou de gelegenheid moeten worden gegeven er kennis van te nemen. Met groots mededogen nemen Falun Gong beoefenaars veel risico's om de feiten aan hun beulen te vertellen, aan hun verkeerd ingelichte celgenoten en aan het algemene publiek, om hen de ogen te openen voor een vervolging die volledig op leugens gebaseerd is. Zij sturen grote aantallen brieven naar politiebureaus, zij delen pamfletten uit in supermarkten, zij verspreiden VCD's in brievenbussen, zij schrijven artikelen op het Internet enz. In de Chinese taal wordt dit "het verhelderen van de waarheid \[over Falun Gong]" genoemd.

Hun verheldering van de waarheid van de vervolging heeft een grote kracht. Er zijn talrijke verhalen van politieagenten die hun houding ten opzichte van beoefenaars veranderden, celgenoten van beoefenaars die Falun Gong leerden, vreemden die beoefenaars beschermen en bevooroordeelde familieleden die helpen de waarheid te verhelderen. Er zijn zelfs mensen die "610 Bureaus" leidden die Falun Gong beoefenaars geworden zijn.

Om de Chinese mensen te helpen de waarheid over Falun Gong en de vervolging te leren kennen, hebben beoefenaars in vele openbare plaatsen pamfletten opgehangen. Deze foto toont mensen die de Falun Gong pamfletten lezen.

Voor Jiang Zemin is de waarheid rampzalig. Meteen na het ervaren van de Changchun uitzending van Falun Gong programma's vaardigde hij een strikte order uit, dat indien een gelijksoortige uitzending opnieuw zou plaatsvinden alle stadsbeambten ontslagen zouden worden. Hij gaf ook opdracht aan het politiebureau van  Changchun dat alle Falun Gong beoefenaars die bij de uitzending betrokken waren "zonder pardon gedood" moesten worden. Later beval Jiang de "610 bureaus" dat elke Falun Gong beoefenaar die betrapt werd op het uitdelen van Falun Gong materiaal "bij het zien doodgeschoten" moest worden.

Voor hun weldadige verspreiden van de waarheid hebben Falun Gong beoefenaars enorme opofferingen gemaakt. In de maand na de Changchun uitzending werden meer dan 5.000 beoefenaars in de stad gearresteerd en minstens een dozijn stierf tijdens "ondervraging". Toen de politie Dhr. Liu Chengjun arresteerde, de organisator van de uitzending, schoten zij tweemaal in zijn been nadat hij in de boeien was geslagen.. Dhr. Liu stierf in de nacht van Kerstmis 2003 na een jaar lang extreme foltering te hebben doorgemaakt.

Nochtans, de waarheid is onoverwinnelijk. Na de Changchun uitzending volgden vele gelijksoortige uitzendingen in andere steden. Ieder uur in iedere hoek in China zijn talrijke Falun Gong beoefenaars voorbereidingen aan het treffen of verdelen ze waarheidsmaterialen. Zij kunnen misschien niet overtuigen in literaire gratie, maar zij hebben de kracht van de vroegchristelijke martelaren Justinus, Origenes en Ignatius van Antiochie.

ONDERNEEM ACTIE

In Focus

Voor meer informatie neem contact op met
het Falun Dafa Informatiecentrum

+31 (0)6-46767319 (Peter Houben)
of via het contact formular