Big brother versterkt zijn greep in ChinaRapport van US senaat geeft details over onderdrukking van advocaten en van risico’s voor buitenlandse bedrijven

07-12-2010 Dwangarbeid

Door Gary Feuerberg
, Epoch Times. WASHINGTON D.C. – Gedurende de laatste 12 maanden is de Chinese Communistische Partij (CCP) agressiever geworden in het uitbreiden van zijn wetten en reglementeringen om een groeiend aantal facetten van het dagelijkse leven, specifiek het internet en gsm’s, te controleren en in het onderdrukken van allerlei vormen van onafhankelijke meningsuiting: religieuze expressie, betogingen en de media. 

VRIJHEID VAN MENINGSUITING: Lawrence Liu, senior adviseur van de Uitvoerende Commissie van het Congres voor China, zei dat er zich de laatste 12 maanden op nieuwe manieren beperkingen van vrijheid van meningsuiting ontwikkelen in China

De Uitvoerende Commissie van het Congres voor China (CECC) heeft zijn jaarlijks rapport voor 2010 uitgegeven waarin verontrustende ontwikkelingen sinds november 2009 nauwkeurig beschreven worden. Het rapport neemt nota van de harder wordende repressie van het juridisch beroep dat gevolgen heeft voor mensenrechtenverdedigers en mensen die zaken doen in China.

Het regime heeft zijn uitspraken aangepast over hoe het de internationale mensenrechten-standaarden volgt wat waarschijnlijk de dialoog tussen de VS en China zal belemmeren. Het communistische regime is stoutmoediger geworden en zegt dat zijn internet-beleid in lijn is met het internationale recht.

Het regime van China heeft nog een ander middel ontwikkeld om afwijkende meningen in bedwang te houden, door meer en meer te dreigen om mensenrechtenverdedigers en advocaten die kritiek uiten op het regime, te verbieden om naar het buitenland te reizen. Het regime beschouwt dergelijke reizen als een bedreiging voor “de staatsveiligheid” of “een reden tot groot verlies voor het nationaal belang”.

Risico voor buitenlandse bedrijven is toegenomen

Momenteel worden zelfs normale zakenactiviteiten geviseerd door het regime. Xue Feng, Amerikaan en geoloog, werd in juli schuldig bevonden en tot 8 jaar gevangenis veroordeeld voor het illegaal doorgeven van staatsgeheimen. Feng werkt voor een Amerikaans bedrijf en zorgde er voor dat zijn firma een database van de olie-industrie in China kon kopen.

De informatie werd pas als staatsgeheim geklasseerd nadat Feng de verkoop had geregeld. Feng werd twee jaar vastgehouden alvorens hij veroordeeld werd. Volgens de “Huffington Post” vertelde hij dat zijn armen verbrand werden met sigaretten.

Deze zaak is alarmerend nieuws voor iedereen die overweegt te werken in een industrie waarvan de staat deeleigenaar is. In het rapport staat vermeld dat het risico om beschuldigd te worden van het overtreden van wetten omtrent staatsgeheimen ,“het legaal inwinnen van commerciële informatie moeilijk maakt” en het is tegenstrijdig “met de internationale standaard manier van zaken doen en ondermijnt gerechtigheid.”

De beslissing van Google in januari om niet langer te censureren in overeenstemming met de wensen van het regime, heeft veel media-aandacht gekregen. Het rapport vermeldt dat de controverse rond Google het vaak opgemerkte ongeduld illustreert van het regime met “privé–ondernemingen, die beschouwd worden als te groot of te succesvol.” Het voorbeeld van Google toont ook aan dat de censuureisen van het regime dienst doen als handelsbarrières die buitenlandse bedrijven verplichten om te stoppen diensten te leveren aan het Chinese volk.

Lawrence Liu, senior adviseur voor het CECC, zei in een rondtafelgesprek van het CECC op 20 oktober in Capitol Hill, dat het regime een document uitbracht in juni dat verklaarde dat China vrijheid van meningsuiting op het internet garandeert -  ondanks de terugtrekking van Google en de vele internetgebruikers in de gevangenis. Het regime heeft een “diplomatieke PR campagne” gelanceerd waarin ze argumenteren “dat ze gewoonweg doen wat andere landen doen”, zei Liu.

De uitspraken van het Chinese regime over hoe het de internationale mensenrechten-standaarden volgt, “zorgt voor nieuwe uitdagingen voor de dialoog tussen de VS en China,” verklaart het rapport.

Meer beperkingen voor advocaten

Gedurende het laatste jaar bemerkte de commissie een officiële wijdverspreide onderdrukking van mensenrechtenadvocaten met “illegale opsluiting, administratieve straffen en pesterijen.” In april werden zelfs nog grotere beperkingen van het juridisch beroep aangekondigd.

Volgens het rapport werden tijdens het bezoek van president Obama aan China een groot aantal mensenrechtenadvocaten en -verdedigers onder huisarrest of toezicht geplaatst door officieren van de Chinese veiligheid. Amnesty International werd hier aangehaald als bron. Onder de advocaten waren er enkele welbekende mensenrechtenadvocaten: Jiang Tianyong, Li Xiongbing, Li Heping en Mo Shaoping werden vastgehouden met drie of vier politieagenten rond hun huis.

Vooraanstaand mensenrechtenadvocaat Gao Zhishen werd ook gevangen gezet, onderworpen aan huisarrest en gefolterd. Eind maart 2010 kwam Gao “terug aan de oppervlakte” na “ een verdwijning” van meer dan een jaar en “verdween” vervolgens terug eind april 2010.

Eind 2009 werd advocaat Wang Yonghang in Dalian, Liaoning provincie, in een gesloten hoorzitting zonder een procureur, veroordeeld tot zeven jaar gevangenis. Zijn “misdaad” was “Falun Gong beoefenaars te verdedigen en artikels op internetsites buiten China te publiceren”. Naar verluidt werd hij bij drie gelegenheden geslagen en leidt hij aan een ernstige enkelwonde – beide feiten werden bevestigd door ooggetuigen in januari.

Het regime verlengde in 2010 het gebruik van jaarlijkse licenties voor advocaten als een methode om mensenrechtenadvocaten “het zwijgen op te leggen” en “andere advocaten te intimideren die hen zouden willen volgen ”, zegt het rapport. In juli werd aan zes mensenrechtenadvocaten een licentie geweigerd, onder wie Jiang Tianyong. Sommige advocaten kregen pas een positieve beoordeling nadat ze “garandeerden dat ze bepaalde gevoelige zaken zullen vermijden en niet op interviews zullen ingaan,” vermeldt het rapport waarbij het Radio Free Asia citeert.

‘Abnormaal’ gedrag bij betogingen

Volgens de Chinese grondwet hebben de inwoners het wettelijk recht om een klacht in te dienen bij de regering, bij het gerecht of de partij om hun ongenoegen aan te kaarten – een systeem dat ontworpen werd om een uitlaatklep te bieden aan misnoegde Chinese inwoners. Ondanks het recht om een betoging te houden en verbodsbepalingen op retributie, worden de inwoners dikwijls geconfronteerd met “pesterijen, geweld of opsluiting in werkkampen (RTL), psychiatrische ziekenhuizen en illegale “zwarte” gevangenissen”, zegt het rapport.  

Dit jaar kregen mensen die een betoging hielden te maken met nog meer mishandeling. In Shenzhen identificeerde de overheid 14 types van “abnormaal” betogingsgedrag, zoals het roepen van slogans, welke gebruikt kunnen worden om een betoger naar een RTL te sturen. Andere provincies en steden hebben gelijkaardige regelingen uitgevaardigd.

Dit jaar waren de Chinese autoriteiten in het bijzonder streng voor betogingen die mogelijks interfereerden met de 2010 Shanghai Wereldtentoonstelling. Sommige betogers die demonstreerden in naam van de 18.000 gezinnen die hun huis verloren in de voorbereidingen van de expo, belandden in een RTL.

“Zwarte” gevangenissen worden nog altijd gebruikt door lokale agenten om betogers vast te houden in geheime opsluitplaatsen om te voorkomen dat de demonstranten naar Beijing of andere provinciale hoofdsteden reizen. Xu Lingjun, van de Shaanxi provincie, stierf van verhongering in een zwarte gevangenis in juni.

Sommige betogers worden toegewezen aan psychiatrische ziekenhuizen. Dit jaar vermeldt het rapport een geval dat veel media-aandacht kreeg vanwege een Chinees artikel over een betoger uit Henan, Xu Lindong, die in gedurende zes en een half jaar werd opgesloten in een psychiatrische instelling. Xu was 48 keer geketend, werd 54 maal onderworpen aan electroshocks en werd verplicht drugs te nemen. Xu werd mentaal ziek verklaard omdat hij een aanklacht indiende voor een gehandicapte vriend over een ruzie over grond met de lokale overheid.

Falun Gong

Dit jaar focust het rapport op de 2010 wereldtentoonstelling in Shanghai voor zijn toelichtingen over de vervolging van Falun Gong. In de periode van mei tot oktober gebruikte het Chinese regime de Shanghai expo als een voorwendsel om Falun Gong beoefenaars te vervolgen. Het CECC rapport schrijft:

"

In periode voor en tijdens de Shanghai Expo leidde de overheid propagandacampagnes om Falun Gong te bespotten, oefende strikt toezicht uit op de beoefenaars, pakte een groot aantal beoefenaars op en zette hen gevangen en onderworp sommigen van hen die weigerden Falun Gong af te wijzen,  aan foltering en andere mishandelingen in de gevangenis en (RTL) inrichtingen.”

Het Amerikaanse Falun Dafa Informatiecentrum documenteerde in mei 127 gevallen waar de Chinese overheid beoefenaars oppakte in de regio Shanghai en het is geweten dat 27 hiervan een veroordeling kregen.

Het rapport vermeldde dat de vervolging van beoefenaars ver voorbij het stedelijk gebied van Shanghai reikte, zelfs tot aan Jangxi provincie, meer dan 1000 kilometer verder.

De Uitvoerende Commissie van de Senaat voor China (CECC) is opgericht in 2000 door het Congres om de mensenrechten en gerechtigheid in het communistische China in de gaten te houden en brengt jaarlijks een rapport ut. De commissie is tweeledig, bestaande uit leden van zowel de grote politieke partijen van beide kamers van het Congres als ook administratieve ambtenaren aangeduid door de president.

ONDERNEEM ACTIE

In Focus

Voor meer informatie neem contact op met
het Falun Dafa Informatiecentrum

+31 (0)6-46767319 (Peter Houben)
of via het contact formular