We werkten 18 uren per dag, zeven dagen per week. Constante rondes van verhoor, bedreigingen en fysieke mishandeling gingen gepaard met het werk. De bedoeling van de bewakers was om onze wil te breken, ons geloof, en tegelijkertijd zo veel mogelijk productiviteit uit ons persen, tot op het randje van de dood.
Slavernij
In China kan je zomaar van de straat geplukt worden en zonder rechtsgang veroordeeld worden tot jarenlange slavernij. Honderdduizenden Falun Gong beoefenaars zijn sinds 1999 op deze manier verdwenen in het enorme stelsel van dwangwerkkampen.
Ethan Gutmann noemt in zijn boek ‘The Slaughter’ op pagina 320 dat er gemiddeld 450.000 tot 1 miljoen Falun Gong beoefenaars vastgehouden worden in de zogenaamde laogai (of “heropvoeding” door dwangarbeid kampen).
De kampen bevinden zich of in het stervenskoude noordoosten waar men 20 uur per dag buiten moet werken of in het hete zuiden waar men in niet doorluchtte kamers werkt in de stank van uitwerpselen, rot eten of chemische stoffen afkomstig van het productieproces. Als je niet werkt, wordt je gemarteld of uitgehongerd.
Wat maken ze daar? Onze kleren, kerstboomdecoraties, speelgoed, eetstokjes…
Ooggetuigenverslagen
Jennifer Zheng vertelde dat ze van vijf uur ’s ochtends tot twee a drie uur ’s ochtends de volgende dag (21 uur lang dus) moest werken aan bijvoorbeeld konijnenknuffels voor Nestle in het Xin’an werkkamp in Beijing. Ze was zo uitgeput dat ze niet meer tot tien kon tellen.
Een andere ooggetuige vertelde hoe "hygiënische eetstokjes" werden geproduceerd in de Daxing wijk in Beijing. De te verpakken eetstokjes lagen kriskras in hopen op de grond en mensen stapten er zelfs op. Er was geen enkele maatregel getroffen om de hygiëne te garanderen. De inkomsten die het kamp genereerde met die stokjes, vormde extra inkomsten voor de bewakers.