Op 13 augustus benaderde en intimideerde de voormalige Chief Executive van Hongkong, Leung Chun-ying, Falun Gong-beoefenaars in Helsinki, Finland, terwijl zij aan het mediteren waren en handtekeningen verzamelden voor een mensenrechtenpetitie in een openbaar park.
“Zodra wij jullie namen hebben,” zei Leung in een opname die werd verkregen door het Falun Dafa Informatiecentrum (FDIC). “Dan kunnen we onmiddellijk [een surveillancedatabase] controleren zodra we teruggaan. Eén voor één.”
Leung, ook bekend als CY Leung, was van 2012 tot 2017 Chief Executive van Hongkong en is nu vicevoorzitter van de Chinese People’s Political Consultative Conference (CPPCC). Hij werd vergezeld door zijn vrouw, Regina Leung Tong Ching-yee, en twee anderen. Zijn vrouw deed mee met het ondervragen van beoefenaars over hun persoonlijke gegevens en maakte foto’s van afzonderlijke beoefenaars in het Sibeliuspark in Helsinki.
De Falun Gong-groep bleef kalm en nam contact op met de Finse politie. Agenten arriveerden kort nadat de groep van Leung was vertrokken, namen verklaringen op van de beoefenaars en bevestigden dat de demonstratie legaal was en beschermd onder de Finse wet. De politie verklaarde dat zij het gebied zouden monitoren en erop zouden toezien dat inmenging niet werd getolereerd.
“De toon en het gedrag waren duidelijk bedreigend,” zei een beoefenaar die aanwezig was tijdens het incident. “We maken ons zorgen dat zelfs in een democratisch land als Finland Chinese functionarissen zich gesterkt voelen om mensen te intimideren.”
Als vicevoorzitter van de CPPCC bekleedt Leung Chun-ying een hoge functie binnen een orgaan dat algemeen wordt omschreven als onderdeel van het verenigde-frontsysteem van de Chinese Communistische Partij. In die context kunnen pogingen om persoonlijke gegevens te ontfutselen bij vreedzame religieuze gelovigen en demonstranten—gecombineerd met opmerkingen die verwijzen naar eerdere controle—redelijkerwijs worden opgevat als politiek beladen.
Dit voorval is het nieuwste voorbeeld van transnationale repressie, waarbij de CCP of haar vertegenwoordigers de landsgrenzen overschrijden om leden van diaspora-gemeenschappen en critici te intimideren, te bedreigen en zelfs fysiek aan te vallen.
Proactieve confrontatie en intimidatie
Rond 14.15 uur op 13 augustus liepen Leung en zijn vrouw door het park toen zij de Falun Gong-groep opmerkten. Zij liepen ernaartoe en begonnen de beoefenaars te ondervragen naar hun namen, herkomst, financiële achtergrond en connecties. Ook ontkenden zij de realiteit van de mensenrechtenschendingen waarmee Falun Gong-beoefenaars in China worden geconfronteerd, waarbij zij beweerden dat dit allemaal “leugens” waren. De uitwisseling was confronterend en had een duidelijk politieke lading.
De opmerkingen van Leung hadden de toon van een verhoor in plaats van een gesprek, waarbij hij aandrong op persoonlijke details. In lijn met een veelgebruikt cliché van de CCP suggereerde hij dat Falun Gong-beoefenaars betaald zouden worden om in het openbaar te beoefenen en handtekeningen te verzamelen, in plaats van dit te doen als bezorgde burgers en slachtoffers van vervolging.
“Je durft je volledige naam niet te zeggen, je achternaam,” zei Leung. “Je durft niet te zeggen hoeveel geld, je durft niet te zeggen waar het geld vandaan komt.”
Beoefenaars omschreven de confrontatie als diep verontrustend, mede omdat er eerder dit jaar in hetzelfde park sprake was van intimidatie door Chinese individuen die de Falun Gong-beoefenaars filmden en rapporteerden aan de lokale ambassade. Van verschillende beoefenaars werden hun familieleden in China daarna daadwerkelijk benaderd door de Chinese autoriteiten.
Op een gegeven moment gaf Leung toe dat er in Hongkong in het verleden toezicht en controle op de geloofsgemeenschap was uitgevoerd, door te verklaren: “Falun Gong in Hongkong — na zoveel jaren hebben we alles grondig onderzocht.”
Hoge prioriteit voor de CCP
“Dit voorval maakt deel uit van een bredere trend waarin functionarissen van de Chinese Communistische Partij en hun bondgenoten proberen Falun Gong-beoefenaars buiten China te intimideren, te bespioneren en het zwijgen op te leggen,” zegt Levi Browde, uitvoerend directeur van het Falun Dafa Informatiecentrum. “Dat een hoge Chinese functionaris persoonlijk vreedzame mediterenden in een Europese democratie benadert, benadrukt hoe hoog het onderdrukken van Falun Gong voor Peking nog steeds op de agenda staat. Verschillende opmerkingen van Leung laten bovendien zien hoezeer Chinese functionarissen zelf misleid zijn door CCP-propaganda.”
De datum van 13 augustus markeert de derde keer in het afgelopen jaar dat pro-CCP-individuen Falun Gong-beoefenaars op diezelfde meditatielocatie hebben bedreigd of fysiek aangevallen. Volgens Finse media werden Falun Gong-beoefenaars in Helsinki ook in januari en afgelopen september lastiggevallen, waarbij aanvallers hen met scheldwoorden bejegenden en beweerden dat zij hen hadden gerapporteerd aan de Chinese ambassade.
Buiten Finland neemt de transnationale repressie tegen Falun Gong-beoefenaars in Europa ook toe. In Rusland werden beoefenaars de afgelopen twee jaar geconfronteerd met vermoedelijk door Peking geïnitieerde arrestaties en vervolgingen, waaronder gevangenisstraffen die breed zijn veroordeeld door internationale mensenrechtenorganisaties. In Italië, Polen, Oostenrijk, Spanje en Frankrijk werden locaties waar voorstellingen plaatsvonden van Shen Yun Performing Arts — een klassiek Chinees dansgezelschap opgericht door Falun Gong-beoefenaars — het doelwit van anonieme maar uiteindelijk valse bommeldingen; in minstens één geval werd een voorstelling vertraagd door een tijdelijke ontruiming van het theater vanwege het loos alarm.
“Nu het Chinese regime zijn wereldwijde campagnes van intimidatie en dwang opvoert, is het van cruciaal belang dat democratieën maatregelen nemen om kwetsbare gemeenschappen zoals Falun Gong en Finse burgers die het beoefenen te beschermen,” zegt Browde. “Aangezien dit het derde incident op deze locatie in Helsinki is, roepen wij de Finse autoriteiten op het gedrag van Leung publiekelijk te veroordelen en een onderzoek te starten naar de surveillance en intimidatie van Falun Gong in Finland door de Chinese regering.”
