Eén van de eerste maatregelen de die communistische partij nam in haar vervolgingscampagne tegen Falun Gong, was advocaten te verbieden om Falun Gong beoefenaars te verdedigen. Inderdaad was het in de beginjaren van de vervolging nagenoeg onmogelijk voor Falun Gong beoefenaars om juridische hulp te vinden. Dit is de laatste jaren veranderd, aangezien een nieuwe generatie van advocaten de richtlijnen van de Partij getrotseerd heeft door zaken van Falun Gong beoefenaars aan te nemen.
Één van de eersten die Falun Gong beoefenaars vertegenwoordigde in de rechtbank was de openhartige Gao Zhisheng. Sindsdien zijn meer dan twaalf advocaten in zijn voetsporen getreden. Zij hebben enorm persoonlijk risico genomen door de fundamentele basis van het beleid tegen Falun Gong in twijfel te trekken en het als een schending van vrijheid van geloof van Chinese burgers te verklaren.
Als represaille voor hun inspanningen, kregen Gao en andere verdedigers van het recht zelf te maken met de vervolging door de autoriteiten in de vorm van royement, opsluiting, marteling en ballingschap. Ondanks zulke risico’s zijn velen doorgegaan met het verdedigen van Falun Gong.