WASHINGTON D.C. — In een ernstige escalatie van de repressie buiten de Chinese grenzen heeft een rechtbank in Moskou gisteren de Falun Gong-vrijwilliger Natalia Minenkova veroordeeld tot vier jaar gevangenisstraf — de zwaarste straf tot nu toe voor een Falun Gong-beoefenaar in Rusland.
Haar veroordeling volgt op die van Zhu Yun, die in juni tot drie jaar gevangenisstraf werd veroordeeld, en Oksana Shchetkina, die afgelopen november twee jaar kreeg. De steeds strengere bestraffing komt slechts één dag na een andere zitting in Krasnodar waarbij opnieuw twee Falun Gong-beoefeneraars betrokken waren.
In totaal zijn sinds maart 2024 acht beoefenaars in Rusland gearresteerd — een verontrustend teken van hoe de campagne van de Chinese Communistische Partij (CCP) tegen religie wordt geëxporteerd naar het buitenland. Het Amerikaanse ministerie van Buitenlandse Zaken en de Amerikaanse Commissie voor Internationale Godsdienstvrijheid (USCIRF) veroordeelden de vervolgingen en riepen Rusland op om de godsdienstvrijheid te respecteren en te stoppen met het doelgericht aanpakken van religieuze minderheden zoals Falun Gong.
De Verenigde Staten veroordelen de acties van de Russische regering die gericht zijn op het onderdrukken van leden van religieuze minderheden, waaronder Falun Gong-beoefenaars. Wij dringen er bij Rusland op aan het recht van iedereen op vrijheid van godsdienst of overtuiging te respecteren. Alle religieuze minderheden moeten de vrijheid hebben om hun geloof en bijeenkomsten zonder inmenging uit te kunnen oefenen.
— Woordvoerder van het Amerikaanse ministerie van Buitenlandse Zaken
De veroordeling van Minenkova en anderen is “weer een voorbeeld van [Ruslands] grootschalige en volledig ongegronde repressie tegen individuen die ogenschijnlijk niet in lijn zijn met de binnenlandse of buitenlandse beleidsdoelen van Rusland,” aldus USCIRF-vicevoorzitter Asif Mahmood. De Verenigde Staten zouden “hun krachtige stem moeten gebruiken om de onderdrukking van religieuze groepen in Rusland aan de kaak te stellen, waaronder Falun Gong-beoefenaars.”
De Falun Dafa-vereniging in Moskou functioneerde jarenlang legaal en werd regelmatig gecontroleerd door het Ministerie van Justitie waarbij nooit problemen werden geconstateerd. Sinds 2020 zijn de Russische autoriteiten echter begonnen met het aanklagen van Falun Gong-beoefenaars op grond van artikel 284.1 van het Strafwetboek, onder verwijzing naar vermeende banden met “ongewenste” buitenlandse organisaties. In totaal zijn sinds 2020 zeven aan Falun Dafa gerelateerde of internationale mensenrechtenorganisaties door de Russische overheid als illegaal bestempeld, waarmee een juridische basis werd gelegd voor strafrechtelijke vervolging.
“Dit is gevaarlijk en diep verontrustend. Rusland maakt meditatie strafbaar onder wetten die algemeen worden beschouwd als politiek gemotiveerd en juridisch ongegrond,” aldus Levi Browde, directeur van het Falun Dafa Informatiecentrum. “Het is Rusland onwaardig om te buigen voor druk uit Peking om Falun Gong te verbieden en zijn eigen burgers gevangen te zetten. De geschiedenis zal niet mild oordelen over degenen die ervoor kiezen samen te werken met de Chinese Communistische Partij — het meest gewelddadige communistische regime ter wereld vandaag de dag.”
Laatste ontwikkelingen in Rusland
Op 23 juli 2025 vond er een rechtszitting plaats in Moskou voor Natalia Minenkova, die sinds 3 mei 2024 in voorlopige hechtenis zit vanwege vermeende banden met in Rusland verboden Falun Dafa-organisaties. Dit is de meest recente in een reeks zittingen, waarbij de rechtbank nu een gevangenisstraf van vier jaar heeft opgelegd — de langste tot nu toe. Minenkova is een van de acht Falun Gong-beoefenaars die momenteel worden berecht of een straf uitzitten op grond van artikel 284.1 van het Russische Strafwetboek, dat activiteiten verbiedt die verband houden met zogenoemde “ongewenste” buitenlandse organisaties.
Anderen zijn onder meer Oksana Shchetkina, die in november 2024 werd veroordeeld tot twee jaar gevangenisstraf, en Zhu Yun, die in juni 2025 een straf van drie jaar opgelegd kreeg. Verscheidene anderen — waaronder Mikhail Sinitsyn, Mikhail Antonenko, Gennady Buslov, Ildar Maksinyaev en Denis Shibankov — zijn het afgelopen jaar gearresteerd of hebben een straf zonder gevangenisverblijf opgelegd gekregen.
Al deze zaken zijn gebaseerd op een twijfelachtige juridische grondslag (zie details hieronder).
Juridische inconsistenties in de aanklachten
De strafzaken vloeien voort uit een besluit van het Russische Openbaar Ministerie in juli 2020, waarin zeven internationale organisaties als “ongewenst” werden bestempeld, waarmee een juridisch voorwendsel voor vervolging werd gecreëerd. De betrokken organisaties variëren van door Falun Gong opgerichte groepen, zoals de Europese Falun Dafa Vereniging of de World Organization to Investigate the Persecution of Falun Gong (WOIPFG), tot internationale steunorganisaties en mensenrechtengroepen, zoals Friends of Falun Gong en Doctors Against Forced Organ Harvesting (DAFOH).
Ondanks de zware aanklachten vertoont de juridische basis voor de vervolging van Falun Gong-beoefenaars in Rusland inconsistenties en procedurele gebreken. Deze juridische hiaten roepen serieuze twijfels op over de legitimiteit van de rechtszaken.
Natalia Minenkova wees, voorafgaand aan haar proces, via contactpersonen die haar opmerkingen doorgaven aan het Falun Dafa Informatiecentrum, op verschillende inconsistenties in haar zaak:
In het begin werd ik ervan beschuldigd banden te hebben met zeven organisaties. Uiteindelijk bleven er maar twee over. Eén daarvan hield al in 2017 op te bestaan. Alle verzoeken aan het Ministerie van Justitie over waarom deze organisaties op de lijst van ongewenste organisaties zijn geplaatst, bleven onbeantwoord. In mijn dossier is geen enkele correspondentie of telefoongesprek met leden van deze organisaties opgenomen. Bovendien spreek ik geen Engels.
De Falun Dafa-vereniging in Moskou, waarmee Minenkova verbonden was, functioneerde jarenlang legaal en onderging regelmatige controles door het Ministerie van Justitie waarbij nooit problemen zijn geconstateerd. Volgens Minenkova richtten de activiteiten van de vereniging zich op meditatie en persoonlijke welzijn — apolitieke praktijken — en voldeden zij aan de Russische wetgeving. Ze organiseerde ook wekelijkse meditatiesessies in lokale parken, die vreedzaam, vrijwillig en zonder verstoring van de openbare orde of inbreuk op de rechten van anderen verliepen.

Dergelijke activiteiten worden beschermd onder Artikel 28 van de Russische Grondwet, die vrijheid van geweten en religie garandeert, inclusief het recht om individueel of gezamenlijk een religie aan te hangen en religieuze praktijken uit te voeren. Bovendien beschermen zowel het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens (Artikel 9) — waar Rusland tot 2022 deel van uitmaakte — als het Internationaal Verdrag inzake Burgerrechten en Politieke Rechten — waarbij Rusland nog altijd aangesloten is — het recht op vrijheid van gedachte, geweten en religie. Zelfs binnen de Russische nationale wetgeving vallen vreedzame spirituele bijeenkomsten en apolitieke verenigingen buiten het toepassingsgebied van Artikel 284.1, dat bedoeld is om daadwerkelijk schadelijke buitenlandse inmenging tegen te gaan.
Het gebrek aan bewijs dat Minenkova of de vereniging in verband brengt met schadelijk of onwettig gedrag, roept ernstige vragen op over de legitimiteit van de aanklachten. Haar zaak weerspiegelt een bredere dreiging van het misbruiken van wetten tegen extremisme en buitenlandse agenten, op een manier die de grondwettelijk beschermde godsdienstvrijheid ondermijnt.

Voorafgaand aan de recente escalatie voltrok de onderdrukking van Falun Gong in Rusland zich in golven: in 2011 werd Falun Gongs belangrijkste spirituele tekst, Zhuan Falun, verboden als “extremistisch”, vanwege het gebruik van het boeddhistische swastika-symbool (een symbool dat veel voorkomt in Aziatische religies en kunst), wat een van de eerste formele daden van repressie markeerde. In 2017 werden kunsttentoonstellingen die vervolging in China afbeeldden gesloten, naar verluidt om diplomatieke betrekkingen te beschermen. In 2020 werden regionale verenigingen ontbonden en teksten zoals Negen Commentaren op de Communistische Partij verboden.
Deze ontwikkelingen schetsen een duidelijk patroon van censuur en druk op het maatschappelijk middenveld, dat uitmondt in systematische criminalisering van vreedzame spirituele beoefening.
Breder patroon over de Chinese landsgrenzen heen
De onderdrukking van Falun Gong beperkt zich niet tot Rusland. In Servië arresteerde de politie acht personen — onder wie filmmaker Dejan Marković — vlak voor het staatsbezoek van Xi Jinping in mei 2024. Er werden geen aanklachten ingediend, en de arrestanten werden kort na Xi’s vertrek weer vrijgelaten. In Maleisië werden 76 beoefenaars vastgehouden, slechts twee dagen vóór Xi’s bezoek in april 2025 — de grootste actie tegen Falun Gong in de geschiedenis van het land.
“Er tekent zich een verontrustend patroon af tussen CCP-invloed en de onderdrukking van Falun Gong,” aldus Browde. “Deze incidenten roepen ernstige vragen op over de mogelijkheid dat Moskou en andere regeringen vreedzame religieuze groepen onderdrukken om nauwer aan te sluiten bij Peking — en repressie gebruiken als diplomatiek ruilmiddel.”
Beleidsaanbevelingen
Hoewel de Russische Grondwet vrijheid van geweten garandeert, wijzen deze ontwikkelingen op een groeiende bereidheid van overheden om burgerlijke vrijheden op te offeren onder buitenlandse druk.
“Rusland lijkt extreme maatregelen te nemen om in de gunst te komen bij Peking,” aldus Browde. “Moskou heeft officieel zeven aan Falun Gong gerelateerde organisaties als illegaal bestempeld, en de autoriteiten spreken nu strafrechtelijke vonnissen uit voor meditatie — veel verdergaand dan de tijdelijke arrestaties die we in Servië en Maleisië zagen. Wij roepen democratische regeringen en internationale instanties op om nu in actie te komen om dit domino-effect van verslechterende behandeling en religieuze vervolging, geëxporteerd vanuit Peking, een halt toe te roepen.”
Voor Amerikaanse beleidsmakers:
- Veroordeel publiekelijk de vervolging van Falun Gong-beoefenaars in Rusland en roep op tot de onmiddellijke vrijlating van allen die gevangen zitten vanwege vreedzame religieuze beoefening.
- Breng het onderwerp van transnationale repressie onder de aandacht in bilaterale en multilaterale fora, met name in contexten waarin Rusland en China samenwerken.
- Erken Rusland als land dat bijzondere aandacht vereist, met verwijzing naar deze zaak.
Voor Europese-beleidsmakers:
- Coördineer met bondgenoten om de toename van het CCP gerelateerde religieuze vervolgingsbeleid buiten de Chinese grenzen tegen te gaan.
Over Falun Gong
Falun Gong, ook bekend als Falun Dafa, is een vreedzame spirituele praktijk met wortels in het boeddhisme. Beoefenaars volgen de principes van waarachtigheid, mededogen en verdraagzaamheid. Falun Gong wordt vrij beoefend in meer dan 110 landen. In China voert de CCP sinds 1999 een brute campagne om Falun Gong uit te roeien, die gepaard gaat met grootschalige willekeurige detentie, marteling en gedwongen orgaanoogst. Het regime probeert bovendien steeds vaker deze vervolging buiten de Chinese grenzen voort te zetten, via fysieke bedreigingen, censuur en andere vormen van grensoverschrijdende repressie.
Perscontact: Levi Browde via levib@faluninfo.net.