Gedurende de maanden september en oktober zijn er nogmaals 44 gevallen geverifieerd van de door Chinese politie vermoorde Falun Gong beoefenaars. Hieronder bevonden zich een vrouw van 71, twee zussen en een echtpaar. De doden, verspreid over 16 provincies, zijn toe te schrijven aan de erge martelpraktijken in Chinese gevangenissen en werkkampen.
De marteltechnieken die gebruikt worden zijn doorgaans erge slagen, elektrocutie, foltering door dwangvoeding en injectie van “medicijnen” en verdovende middelen.
23 van de 44 werden gedood in verschillende werkkampen, gevangenissen en politiekantoren, waar Falun Gong beoefenaars met de regelmaat van de klok worden mishandeld. Functionarissen maken gebruik van deze martelpraktijken om hen te doen stoppen met Falun Gong en hen documenten te doen tekenen waarin vermeld staat dat ze deze meditatiewijze opgeven.
In 13 gevallen, stierven de slachtoffers aan hun verwondingen kort nadat zij werden vrijgelaten. Falun Gong beoefenaars worden vaak vrijgelaten na bijzonder erge slagen door Chinese autoriteiten, in de hoop op die manier de verantwoordelijkheid van de latere doden van zich af te schuiven. Veelal sterven zij binnen het uur nadat ze zijn vrijgelaten.
De meerderheid van de bronnen vermeldden getuigenissen van de politie dat zij opdracht kregen om alle doden onder de Falun Gong beoefenaars te rapporteren als zelfmoord en om hun lichamen onmiddellijk te cremeren, vaak zonder de familie ervan op de hoogte te brengen.
Het volgende zijn enkele voorbeelden van de gevallen geverifieerd in september en oktober:
Mevr. Tang Jimei, een vrouw van 71 jaar, was een Falun Gong beoefenaarster uit de stad Zhangshu, in de provincie Jiangxi. Zij werd door het plaatselijke 610-en het politiekantoor naar een hersenspoelingsinstituut gebracht en onderging er geestelijke mishandeling. Zij werd eveneens onderworpen aan een militaire training. Volgens één bron, gaf zij, op een moment dat ze gemarteld werd, bloed over. Mevr. Tang stierf in februari 2002.
Mevr. Li Shuhua, een vrouw van 32 jaar, was een Falun Gong beoefenaarster uit de stad Yushu, in de provincie Jilin. Zij is door de politie ontvoerd en 13 dagen later is zij doodgeslagen. Volgens een ooggetuige zag één kant van haar gezicht zwart, de andere kant was helemaal ingeslagen. Haar moeder en man zijn eveneens in gevangenissen terechtgekomen en dit omdat ze Falun Gong beoefenen. Enkel haar vader en haar twee kleine kinderen zitten nog thuis.
Mevr. Dan Shiqing, een vrouw van 32 jaar, was een Falun Gong beoefenaarster en een treinconductrice bij de Chongqing treinmaatschappij. Zij stierf op 16 september 2003, in de gevangenis van de stad Chengdu, op het ogenblik dat zij foltering door dwangvoeding onderging.
Mevr. Yang Guijun, een Falun Gong beoefenaarster uit de stad Baiquan, van het gewest Dongliao, in de provincie Jilin, stierf in juni 2003 in de vrouwengevangenis van Jilin. Haar zus stierf zes maanden voor haar in dezelfde gevangenis. Zij moesten op de zogenoemde tijgerbank liggen, werden geslagen met elektrische stokken van een hoog voltage, werden aan handboeien opgehangen, met sigaretten gebrandmerkt en ondergingen martelingen door (ver)stikken.
Mevr. Yuan Hezhen, een vrouw van 42 jaar, was een beoefenaarster uit het gewest Hua-nan, in de provincie Heilonhjiang. Volgens één ooggetuige werd mevr. Yuan in een tuchtgevangenis in Beijing gemarteld tot zij bloed overgaf en bloederige stoelgang had. Eenmaal vrij, was zij er erg slecht aan toe. Zij is nooit hersteld en stierf in juli 2003. Haar man Sun Jihong was een jaar eerder al door het Fengtai politiekantoor ontvoerd.Vier dagen later werd hij doodgemarteld. Beiden zijn in hetzelfde jaar doodgemarteld, en laten een dochter van vier of vijf jaar oud achter.
Mevr. Li Xiufen, een vrouw van meer dan 60 jaar, was een gepensioneerde leerkracht afkomstig uit het gewest Nahe, in de provincie Heilongjiang. Haar familie is een lange periode door de politie vervolgd. Haar schoondochter was een leerkracht in de politieschool, maar is op 30 december 1999 doodgemarteld voor het beoefenen van Falun Gong. Haar zoon Xu Xiangdong was onwettig veroordeeld tot 12 jaar opsluiting in de gevangenis van Harbin en werd daar vreselijk gemarteld. Hij stierf op 9 september 2003.
Dhr. Tang Xiaocheng, een man van 40 jaar, was een Falun Gong beoefenaar uit de gemeente Longfeng, in de stad Pengzhou, in de provincie Sichuan. Hij werd door de lokale politie naar het psychiatrisch ziekenhuis van Pengzhong gebracht, waar hij erg vervolgd werd. Hij stierf één maand na zijn vrijlating.
De volledige lijst van de slachtoffers: Zhao Yong, Meng Jinchen, Sun Shouqi, Li Rong, Wu Rao, Yang Guijun, Zhu Zhongping, Jiang Genjin, Tang Jinmei, Yu Jixing, Long Zhaohui, Li Qingzhou, He Xuehua, Wang Yi, Zhang Xiaohong, Hou Guimin, Li Weihong, Sui Guangxi, Tang Xiaocheng, Han Qingcai, Xu Jiling, Jiao Fenglan, Lu Xingguo, Lu Xiuying, Dong Huayan, Zheng Libo, Yang Jingyun, Liu Yan, Deng Guojun, Guo Songmei, Yu Wenyou, Tian Baobin, Zhou Jingsen, Duan Shiqiong, Li Dianzhong, Li Shuhua, Li Chuanping, Xu Yufeng, Yuan Hezhen, Wang HongbinLiu Tongling, Lu Qiongfang, Li Xiufen, Hua Haiyu.
