(Minghui.org) De vrouwengevangenis van de provincie Liaoning, vroeger bekend als vrouwengevangenis Dabei in Shenyang, is een plaats waar Falun Gong beoefenaars worden vervolgd. Tenminste 20 beoefenaars zijn in deze gevangenis overleden als gevolg van fysieke martelingen.
Behalve het fysiek slecht behandelen van beoefenaars, dwingen gevangenisambtenaren beoefenaars en criminele medegevangenen om slavenarbeid te verrichten. De bonussen van de ambtenaren hangen nauw samen met de hoeveelheid slavenproducten die zijn gefabriceerd. Daarom doen ambtenaren er alles aan om maximale winsten te behalen terwijl ze de levensomstandigheden van de gevangenen negeren. Hieronder worden een aantal slavenproducten genoemd die vaak in deze gevangenis gemaakt worden, waar iedere afdeling verantwoordelijk is voor het maken van bepaalde producten.
Afdeling 1
Producten van papier: bankenveloppen, archiefmappen, papieren tassen en tandenstokers, ook verschillende verpakkingsdozen, moon-cake dozen, broodzakken ( voor Taoli Food Plant in Shenyang), hamburgerdozen, medicijndozen, schoenendozen, cosmeticadozen, posters en advertenties. Boeken, inclusief schoolboeken, worden hier afgewerkt.
Genaaide producten: winterjassen, bh’s en uniformen.
Handgemaakte goederen: “geest” attributen die verkocht worden in Zuidoost Azië en het Midden Oosten. Vanuit zwarte stof werd kleding gemaakt, gevuld met slechte kwaliteit katoen, daarna werden “armen”, “benen”, en “hoofden” erop gezet. De attributen waren gekleurd zodat ze er eng uitzagen. In de hoofden werden batterijen geplaatst zodat deze “geesten” begonnen te schreeuwen als de batterij aangezet werd. Hun hoeden werden gemaakt van wit gaas en rood geschilderd. Gebroken glasstukjes werden op de hoeden gelijmd om deze “geesten” er als gewonde patiënten uit te laten zien. Vervolgens werden deze “geesten” naar verluidt overzees verkocht als Halloween speelgoed. De bronnen van de ruwe materialen omvatten voornamelijk vuilnis, rubber en verf. Ze waren vies, hadden een sterke geur en waren zeer giftig.
Afdeling 7
Handgemaakte katoenen artikelen, gemaakt in de unit van oudere en gehandicapte gevangenen. Gevangenen hadden vaak niet de mogelijkheid om hun handen te wassen na toiletgebruik. Vele gevangenen hadden besmettelijke ziektes en seksueel overdraagbare ziektes.
Afdeling 10
Unit 1: autokussens. Fabrikanten voorzagen in apparatuur en betaalden rente voor de faciliteit. Gevangenen werden ook gedwongen om lange bloemenkoorden te maken door bloemblaadjes in plastic stengels te plaatsen. Het was een moeilijke taak en iedereen had een zware werklast. Gevangenen die hun werkopdrachten in de faciliteit niet konden afmaken, moesten materialen mee naar hun cel nemen om daar de werkopdracht af te maken.
Unit 2: bh’s, ondergoed, pyjama’s, en andere items. Fabrikanten betaalden ook huur voor de faciliteit in deze unit.
Unit 4: cosmetica. Fabrikanten huurden faciliteiten voor het vullen en verpakken van cosmetica.
Unit 3 en 5: kleding, inclusief Feilong Brand broeken, camouflage uniformen, kleding voor Dalian Foreign Trade en Dandong Foreign Trade, winterjassen voor elektriciens, militaire uniformen, kleding voor Wuaijie Wholesale Outlet, en kinderkleding. Gevangenen in deze 2 units worden gedwongen meer dan 12 uur per dag te werken, soms tot na middernacht. De directeur van de gevangenis Dai Jing dwong op een gegeven moment gevangenen om over te werken met het doen van naaiwerk. Soms moesten ze de hele nacht doorwerken gedurende meerdere opeenvolgende dagen.
Er werd hier ook een lieveheersbeestjesproduct gemaakt. Iedere gevangene van de afdeling moest voor dit product overwerken na het eindigen van het normale werk om 19.00 uur en nadat ze teruggingen naar hun cellen. Sommige mensen werkten tot na middernacht en sommigen moesten de hele nacht doorwerken om hun toegewezen werkopdracht af te krijgen, sinds een nieuwe 12-uur durende werkopdracht werd toegewezen en die moest iedere dag afgemaakt worden.
Producten gemaakt door slavenarbeid in andere gevangenissen, werkkampen en detentiecentra in de provincie Liaoning
Werkkamp Masanjia: bruidsjurken, kleding, hoeden, parelkettingen, geregen kunstbloemen (vaak geverfd en met een prikkelende geur), borduurwerk, winterjassen, camouflage uniformen, uniformen voor medegevangenen, gewatteerde dekens, moon-cake boxen, en andere items, geproduceerd in unit 3 van de Tweede Vrouwen Afdeling. Gevangenen in de gevangenis worden 14 tot 16 uur per dag onderworpen aan slavenarbeid. Iedereen die niet in staat is de werkopdracht af te krijgen wordt uitgescholden en beboet.
Gevangenis Dongling in Shenyang stad: ijzeren draadballen, kunstbloemen, hartgevormde versieringen gemaakt van linnen of zijde bedekt met goudpoeder, en elektronische beeldschermen.
Dwangarbeidskamp Dandong: zakken van glasvezel en cement zakken voor mijnen.
Dwangarbeidskamp Weiningying in Benxi stad: mobiele telefoons, elektronische onderdelen, elektroden en rubberen gereedschappen.
Detentiecentrum Fengcheng: begrafenisbloemen en toiletpapier (voor export). Iedere ruimte is minder dan 20 vierkante meter en bevat meer dan 20 gevangenen. Ze eten in de cel en het toilet is ook in de cel. De ruimte is smerig en bezaaid met vodjes papier.
Detentiecentrum Kuandian: papieren begrafenisbloemen (voor export) en plastic bloemen.
Bron: http://en.minghui.org/html/articles/2012/4/21/132817p.html
