Tijdens de 58ste reguliere zitting van de Mensenrechtenraad van de Verenigde Naties in Genève hebben twee beoefenaars van Falun Gong krachtige toespraken gehouden waarin ze de gedwongen orgaanoogst door de Chinese Communistische Partij (CCP) en andere van haar misdaden tegen de menselijkheid veroordeelden. In hun getuigenissen riepen ze op tot dringende internationale actie tegen deze wreedheden.
In de sessie werd één Falun Gong beoefenaar onderbroken door een Chinese afgevaardigde die probeerde zijn opmerkingen te stoppen. V.N.-functionarissen hielden echter vast aan zijn recht van spreken. Onverschrokken gebruikte hij zijn spreektijd om op te roepen tot een onafhankelijk onderzoek naar de voortdurende misstanden van de CCP.
Sterke herinnering aan voortdurende wreedheden
Op 4 maart, tijdens de 14e bijeenkomst van de zitting, sprak Lebin Ding, een Berlijnse mensenrechtenactivist, freelance China-onderzoeker en vertegenwoordiger van de Society for Threatened Peoples, een in Duitsland gevestigde NGO met een adviserende status bij zowel de Economische en Sociale Raad van de VN als ook de Europese Raad. Hij legde een krachtige verklaring af waarin hij de meedogenloze vervolging van Falun Gong-beoefenaars in China aan de kaak stelde. Hij vertelde hoe de CCP sinds 20 juli 1999 een systematische campagne voert om Falun Gong, een spirituele praktijk geworteld in de boeddhistische traditie, uit te roeien. Lebin Ding citeerde de beruchte richtlijn van voormalig CCP-leider Jiang Zemin “om de reputatie van Falun Gong beoefenaars te ruïneren, hen financieel te ruïneren en hen fysiek te vernietigen,” en legde de wrede realiteit bloot van de door de staat gesteunde repressie die al meer dan een kwart eeuw voortduurt.
De heer Ding presenteerde schrijnende statistieken: op 31 december 2024 waren er 5.167 bevestigde sterfgevallen van Falun Gong beoefenaars, waarvan 164 zaken alleen al in 2024 vastgelegd, samen met 764 veroordelingen van beoefenaars. Verwijzend naar de vervolging van zijn vader Yuande Ding - een zaak die voor het Europees Parlement aanleiding was om een EU-resolutie aan te nemen over de aanhoudende vervolging van Falun Gong in China (2024/2504(RSP)) - benadrukte de jongere Ding de ernst van de onderdrukking door de staat.
Hij verwees ook naar de bevindingen van het China Tribunaal in Londen in 2019, waarin werd geconcludeerd dat het gedwongen oogsten van organen “op grote schaal” had plaatsgevonden en dat Falun Gong-beoefenaars de “belangrijkste bron” waren bij deze misdaden tegen de menselijkheid. Daarnaast hebben mensenrechtendeskundigen van de VN hun ernstige zorgen geuit over meldingen van gedwongen orgaanafname gericht op Falun Gong-beoefenaars, Oeigoeren, Tibetanen en andere gewetensgevangenen, en hebben zij de partij-staat opgeroepen om deze beschuldigingen tegemoet te treden en onafhankelijk internationaal toezicht toe te staan. Ding benadrukte dat de Society for Threatened Peoples afgelopen februari een schriftelijke verklaring heeft ingediend bij de secretaris-generaal van de VN waarin de vervolging van Falun Gong-beoefenaars door de CCP en het gedwongen oogsten van organen bij gewetensgevangenen wordt veroordeeld. De verklaring legt de nadruk op systematische mensenrechtenschendingen in China, waaronder willekeurige opsluiting, marteling en buitengerechtelijke executies, en roept op tot urgente internationale interventie.
De CCP probeert Lebin Ding het zwijgen op te leggen
Tijdens zijn toespraak werd Ding kort onderbroken door de Chinese delegatie. Changqing Song, een adviseur van de permanente Chinese missie bij het VN-kantoor in Genève, beschuldigde hem ervan het forum van de raad te misbruiken om de CCP “aan te vallen” en drong er bij de voorzittende vicevoorzitter van de raad, Tareq Md Ariful Islam, op aan zijn opmerkingen te stoppen. De heer Islam verwierp de motie echter snel, bevestigde dat de opmerkingen van Ding “in orde” waren en gaf hem het recht van spreken terug. Ding liet zich niet afschrikken en sloot zijn toespraak af met een oproep aan de raad om een Speciale Rapporteur aan te stellen teneinde de CCP praktijk van het onder dwang oogsten van organen van gewetensgevangenen voor verkoop en transplantatie te onderzoeken.
Na de bijeenkomst herhaalde de heer Ding zijn oproep voor internationale actie op X, waarbij hij wees op de systematische mensenrechtenschendingen door de CCP en de voortdurende misdaad van de staat tegen Falun Gong-beoefenaars die sinds 1999 duizenden levens heeft geëist. Hij onderstreepte de sterke steun van ambtenaren van de Europese Unie en de Duitse bondsregering, die zich actief hebben ingezet voor de vrijlating van zijn vader uit de illegale detentie in de gevangenis van de provincie Shandong, in overeenstemming met de eerder genoemde resolutie van het Europees Parlement.
Ding benadrukte dat de vicevoorzitter van de Mensenrechtenraad, de heer Tareq Md Ariful Islam, zijn recht om te spreken had verdedigd door de poging van de Chinese delegatie om hem het zwijgen op te leggen te verwerpen. “De delegatie van de Chinese Communistische Partij heeft geen van de misdaden die zij heeft begaan tegen Falun Gong-beoefenaars ontkracht”, verklaarde Ding. “In plaats daarvan heeft de CCP geprobeerd haar misdaden tegen de menselijkheid te verdoezelen en goed te praten, door leugens te verspreiden, dwang toe te passen en transnationale onderdrukking uit te voeren om elke veroordeling van haar wreedheden te elimineren”.
Oproep tot wereldwijde verantwoording
Tijdens een andere bijeenkomst van de sessie op 5 maart bracht Kayan Wong, een Falun Gong beoefenaar en partner van Global Human Rights Defence (GHRD), gaf een krachtig oordeel over de voortdurende wreedheden in China. Ze verklaarde: “Global Human Rights Defence is zeer bezorgd over de aanhoudende misdaden van het levend oogsten van organen in China, in het bijzonder tegen Falun Gong beoefenaars en andere vervolgde groepen. Sinds 1999 hebben deze door de staat gesteunde wreedheden voortdurend plaatsgevonden”. Verder drong ze er bij regeringen wereldwijd op aan om zich aan de zijde van de Falun Gong gemeenschap te scharen door de “Universele declaratie ter bestrijding en de preventie van gedwongen orgaanroof” te ondertekenen.
Wong beschuldigde de CCP van het systematisch verbergen en ontkennen van deze misdaden, het manipuleren van transplantatiegegevens en het misleiden van internationale organisaties. Ze benadrukte dat dergelijke acties fundamentele mensenrechten, medische ethiek en internationaal recht schenden. Onder verwijzing naar de Genocide Conventie deelde ze mee dat de vervolging van Falun Gong door de CCP genocide is. De GHRD heeft deze gruweldaden veroordeeld en de VN en nationale regeringen opgeroepen om een robuust verantwoordingsmechanisme op te zetten - een mechanisme dat de daders vervolgt vanuit internationaal recht en volledige transparantie eist in China's transplantatiesysteem.
Menselijke kosten van onderdrukking
De getuigenissen tijdens de bijeenkomsten van de Raad zijn deel van een lange geschiedenis van vervolging van Falun Gong beoefenaars - een vreedzame spirituele praktijk die sinds 1999 meedogenloos onderdrukt wordt. Beide sprekers benadrukten hoe de extractie van organen verweven is met bredere mensenrechtenschendingen. Het gedetailleerde verslag van de heer Ding en het hartstochtelijke pleidooi van mevrouw Wong dienen als sterk bewijs van de verwoestende menselijke kosten toegebracht door overheidsbeleid, en herinneren de wereldgemeenschap eraan dat de statistieken bij echte levens horen die worden verwoest door systemische wreedheid en uitbuiting.
De krachtige toespraken van de heer Lebin Ding en mevrouw Kayan Wong markeren een belangrijk moment in de wereldwijde mensenrechtendialoog. Door deze verontrustende praktijken onder de internationale aandacht te brengen, brengen Falun Gong beoefenaars niet alleen misdaden aan het licht die lange tijd gehuld zijn geweest in geheimzinnigheid, maar verkrijgen ze ook steun voor een meer robuuste en gecoördineerde wereldwijde reactie.
Het Falun Dafa Informatiecentrum herhaalt hun oproep: de wereld moet nu in actie komen om gedwongen orgaanoogst te beëindigen en ervoor te zorgen dat degenen die verantwoordelijk zijn voor deze mensenrechtenschendingen voor het gerecht worden gebracht.
